‘Ik wil de docent zijn die ik zelf nooit ben tegengekomen’

Raimke Groothuizen (40) is auteur, spreker en docent communicatie aan Avans Hogeschool. Haar eigen ervaringen als eerste generatie student zijn niet altijd even positief. Ze voelde zich vaak niet gezien. Dit is de reden dat Raimke zich nu inzet voor het welzijn van studenten. Samen met studenten maakt ze projecten als ‘Sprookjesboek voor studenten’ en ‘(Well)being a Student’. ‘Ik wil de docent zijn die ik zelf nooit ben tegengekomen’. 

Waarom bevindt u studenten welzijn belangrijk? 

“Ik heb zelf ook gestudeerd aan de hogeschool waar ik nu les geef. En ik heb mij eigenlijk als student niet gezien gevoeld. Ik ben heel vaak onderschat of verkeerd begrepen. Op de kunstacademie werd mij bijvoorbeeld verteld door een docent dat ik geen talent had. En toen ik later de pabo deed, mocht ik niet afstuderen, terwijl ik echt een super goede cijferlijst had. Ik vond dat zo frustrerend en zo oneerlijk, dat ik dacht: dan wil ik de docent worden die ik zelf niet ben tegengekomen. En toen ik ging lesgeven zag ik dat dit soort dingen nog steeds heel vaak gebeuren. Ik vind het belangrijk dat er wat meer begrip komt voor de student van nu.” 

Wat raakte u zo erg aan uw eigen ervaringen als student? 

“Ik ben eerste generatie student, dus mijn ouders hebben niet gestudeerd. Dus ik heb heel erg geleerd dat als iemand gestudeerd heeft, dat ze ergens verstand van hebben. En ik was ook een hele naïeve student. Dus toen een docent mij vertelde dat ik geen talent had, nam ik dat ook echt voor waar aan. Dat heeft er ook voor gezorgd dat toen ik later ondernemer werd, dat nog steeds een soort imposter syndrome had. En nu nog steeds wel eens. Die woorden kwamen gewoon heel hard binnen. En ook de oneerlijkheid dat ik niet mocht afstuderen. Ik heb nog steeds spijt dat ik dat niet heb aangevochten. Ik kreeg namelijk van de coördinator van de opleiding te horen: ‘Ik mag eigenlijk mijn collega niet afvallen en als je hier een zaak van maakt dan wordt het voor iedereen heel vervelend.’ Terwijl ik daar wel gewoon recht op had. Dus geen van de docenten heeft mij verteld waar ik recht op had. En ik vind het nog steeds heel frustrerend dat het zo gegaan is.” 

Waarom mocht u niet afstuderen destijds? 

“Ik deed toen een tweejarige deeltijd opleiding, omdat ik al een hbo diploma had. Ik had al anderhalf jaar gedaan waarin ik ook al twee stages had afgerond met goede voldoendes. En toen ik moest afstuderen kreeg ik een stagebegeleider die zei ‘jij kan dit niet’. Ik dacht hoe kan dit nou, ik heb negens op mijn lijst staan. Maar mijn stagebegeleider zei dat ze het mij gewoon niet zag doen. En toen zei ze: ‘Of je gaat het jaar opnieuw doen of je gaat instromen in de 4-jarige deeltijd en dan moet je nog twee en een half jaar’. Terwijl stagebegeleiders die ik daarvoor had gehad vonden dat ik het wel kon. Het onderwijs is soms mensenwerk en je kan net iemand treffen die het gewoon niet ziet in jou. En dat vind ik eigenlijk niet kunnen.” 

Hoe was u verder als student? 

“Ik was een hele gemotiveerde student en eigenlijk heel braaf. Ik was er eigenlijk altijd. Ik was een student die netjes het werk deed wat verwacht werd, maar wel soms moeite had met de deadline. Maar ook omdat ik eerste graad student was,  ging ik niet echt de discussie aan met docenten, want in mijn optiek vertelden zij altijd de waarheid.” 

U voelde zichzelf niet gezien in uw studententijd. Hoe zorgt u er nu voor dat studenten zich wel gezien voelen? 

“Ik vind het belangrijk dat studenten een goede introweek hebben. Ik help de studievereniging hier ook mee. Afgelopen introweek hebben we het bijvoorbeeld een hele ochtend over mentale gezondheid gehad en heb ik met de studenten een vragenlijst gedeeld over hun mentale gesteldheid die ze anoniem konden invullen, zodat ik een beetje een beeld kon krijgen van, hé wat voor studenten heb ik hier. Dus gewoon veel bespreekbaar maken en daarmee deel ik ook altijd zelf mijn verhaal over hoe ik dit soort dingen als student beleefd heb, want als ik mij kwetsbaar opstel naar studenten, dan krijg ik dat terug, dan is die drempel minder hoog. En ook weten studenten van mij dat ik zo’n hekel heb aan onrechtvaardigheid. En ik zeg ook altijd, ‘als dit zich voordoet, dan zal ik altijd aan jou kant meevechten en ga ik met jou uitzoeken wat we eraan kunnen doen.’” 

Studenten vertellen u dus dingen die ze niet snel aan anderen zouden vertellen, hoe gaat u hiermee om? 

“Ik vind niet veel dingen gek. Mijn doel als docent is dat studenten zelfvertrouwen krijgen. Soms helpt het een student al dat hij zijn verhaal heeft kunnen vertellen. En soms betekent het dat ik samen met een student ga kijken wat er mogelijk is. Ik ga vooral zoeken wat we ermee kunnen waardoor het voor de student fijner wordt op de opleiding.” 

Wat leert u van de ervaringen die studenten met u delen? 

“Studenten vertellen mij natuurlijk ook vaak dingen waar ik mij niet bewust van ben. Ik ken hun perspectief lang niet altijd. Dus het meekrijgen en inzien van meerdere verschillende perspectieven vind ik zo’n verrijking voor mijzelf. En dat kan ik ook weer aan andere studenten meegeven of aan mijn eigen kind. Het laat je ook altijd inzien van: hé, je moet niet te snel oordelen. Je weet nooit wat iemand zijn verhaal is. Soms word ik ook weer geconfronteerd met mijn eigen vooroordelen. Dus ik leer daar zeker veel van.” 

Wat zijn momenten waarop u het meest voldoening haalt uit uw werk met studenten? 

“Wat echt mijn brandstof is, is als ik studenten zie groeien en dat ze dus iets doen wat ze misschien een dag geleden, een week geleden, een jaar geleden nog niet durfden. En dat ik ze ook kan zeggen van, hé, maar kijk eens eventjes wat voor stap jij hebt gemaakt en hoe ver je al bent. En dat je dan die blik in de ogen van studenten ziet en ze ziet denken ‘inderdaad’. Dat vind ik ook aan het einde van het schooljaar heel mooi, want ik weet precies waar iemand is gestart en waar hij of zij nu staat.” 

Wat heeft u zelf geleerd van het maken van de projecten zoals het ‘Sprookjesboek voor studenten’ of expositie ‘(Well)being a Student’? 

“Ik vind het heel bijzonder aan deze generatie studenten dat alles rondom mentale gezondheid best wel bespreekbaar is. Dat was in mijn tijd ook anders. Ik vind het heel dapper dat ze dan bij zo’n expositie of in zo’n boek hun verhaal durven te delen en ik vind het knap dat studenten zich zo kwetsbaar durven op te stellen. Echt diep respect.” 

Welke vraag had u verwacht, maar is niet gesteld? 

“Een vraag die je misschien had kunnen stellen is: wat zou je je studenten meegeven? Dus bij deze, wat ik mee zou willen geven aan studenten is dat ze nooit alleen ergens voor staan. Vaak voelen studenten zich eenzaam als ze ergens mee worstelen. Of dat nou iets is in de opleiding of privéleven. Maar wat ik heb geleerd van studenten waarmee ik heb samengewerkt, is dat er niemand in zijn eentje iets overwonnen heeft. Dus dat het echt belangrijk is dat je deelt waar je mee worstelt. En dat maakt niet uit met wie. Je hebt gewoon altijd een soort klankbord nodig, iemand die in je geloofd en je ook echt verder helpt.” 

Foto: Raimke groothuizen gemaakt door: (student) Tara de Lange

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *