‘De scheiding van mijn ouders heeft ervoor gezorgd dat ik nu toegepaste psychologie studeer’

De scheiding van zijn ouders was voor Gijs Mensink (18) soms erg verwarrend en lastig. Hij kreeg ineens twee huizen. Zijn moeder verhuisde naar een andere stad waar ze samen ging wonen met haar nieuwe vriend. Gijs kreeg er ineens een stiefvader en een stiefbroertje en stiefzusje bij. Ook verslapte de band met zijn vader. Dit alles was voor hem niet altijd even makkelijk. Tijdens de dag van de stiefouder praat Gijs hierover. “Dit is de reden dat ik toegepaste psychologie ben gaan studeren.”

Gijs groeide op in een ‘doodnormaal’ gezin, zoals hij dit zelf beschrijft. Samen met zijn twee oudere zussen, Noor en Merel, woonde hij met zijn ouders in Deventer. Gijs was een vrolijk, sportief en behulpzaam kind. “Maar ook soms gevoelig en wat onzeker,” vertelt zijn moeder Mariël. “Toen de scheiding kwam, zag ik hem steeds meer terugtrekken.”

De ouders van Gijs zijn gescheiden toen hij nog jong was. Hij was 8 jaar en voor hem kwam de scheiding volledig onverwachts. “Ik had gewoon nog niet zo door wat er allemaal in mijn omgeving gaande was. Als ik er nu aan terugdenk, waren er echt wel duidelijke signalen dat het eraan zat te komen, maar ik had toen niet door dat scheiden überhaupt een optie was.” De sfeer werd vooral gespannen toen zijn ouders een soort proefscheiding deden. “Daardoor had ik als klein kind zijnde nog de hoop dat er toch nog een kans was dat ze weer bij elkaar kwamen. Ik had het wel fijner gevonden als ze gewoon hadden gezegd ‘het is klaar’ in plaats van dat ze echt nog drie of vier maanden net niet gescheiden waren.”

Toen Gijs te horen kreeg dat zijn ouders definitief gingen scheiden, was hij heel erg verdrietig. Zijn zus Merel kon zich nog herinneren dat Gijs heel veel moest huilen die periode en minder energiek was dan anders. Gijs vertelt dat hij ook heel erg in shock was. “Ik had gewoon nog echt heel veel hoop dat ze bij elkaar zouden blijven.”

Na de scheiding kreeg Gijs ineens twee huizen. “Dat vond ik heel lastig,” vertelt Gijs. “Het was heel erg wennen om echt die schakeling te maken van het hebben van twee huizen. Ik had allemaal dubbele spullen nodig. Twee tandenborstels, alles erop en eraan.” De ouders van Gijs hadden ervoor gezorgd dat de kamer van Gijs in de twee huizen precies op elkaar leek. Hij had hetzelfde bed, hetzelfde behang, dezelfde knuffels. “Ik wilde alles gewoon precies hetzelfde zodat er geen verandering in zat.”

Na de scheiding was het af en toe nog steeds verwarrend. “Ik kan mij nog heel goed herinneren dat mijn vader mij een keertje naar mijn moeder had gebracht. En dat hij toen nog bloemen had gekocht voor mijn moeder. Alsof hij haar nog kon terugwinnen of om het toch een beetje goed te maken of zo. Dat vond ik heel verwarrend, want ik dacht: ze houden niet meer van elkaar, waarom geef je dan bloemen?”

Aan het begin was hij evenveel bij zijn vader als bij zijn moeder. Zijn zussen besloten op een gegeven moment steeds minder naar hun vader te gaan. “De relatie tussen onze vader en mijn zussen werd steeds iets slechter. Zij begonnen te puberen en werden opstandig, en hij wist niet altijd hoe hij daarmee om moest gaan. We konden met onze vader ook minder goed over de scheiding praten. Mijn moeder is kinderpsycholoog, dus ik voelde mij bij haar gewoon veel meer begrepen.” Toen zijn moeder, toen Gijs twaalf was, ging verhuizen naar Zwolle met haar nieuwe vriend, koos Gijs ervoor een middelbare school in Zwolle te kiezen. “Want op dat moment had ik ook wat meer conflicten met mijn vader en vond ik het fijner om bij mijn moeder te zijn.”

Bij zijn vader voelde Gijs zich steeds minder op zijn gemak. “Het werd daar steeds meer ruzie in plaats van gezellig. En goedpraten zat er ook niet echt in. Dus toen mijn zussen helemaal niet meer naar mijn vader gingen, bleef ik alleen over en wilde ik eigenlijk helemaal niet alleen die kant op.” Beetje bij beetje gaat Gijs steeds minder naar zijn vader toe. “Vanaf mijn vijftiende begon ik excuses te verzinnen dat ik niet die kant op hoefde.”

Toen zijn moeder een nieuwe relatie kreeg, probeerde ze haar kinderen stap voor stap mee te nemen. “Ze vroeg eerst: hoe zouden jullie het vinden als ik iemand heb ontmoet?” vertelt Gijs. “Ze had het goed verborgen, ze ging op dates als wij bij papa waren.” Hij zegt het lachend. De eerste ontmoeting met de nieuwe vriend van zijn moeder, Henri, was raar en ongemakkelijk. “We zaten met z’n drieën keurig op de bank.”

Toen Gijs later samen met Henri en zijn twee kinderen in Zwolle ging wonen, moest hij toch wel erg wennen. “Ik vond het als kind zijnde lastig om te zien dat mijn moeder Henri al zo vertrouwde, terwijl het voor mij gewoon een vreemde was.”

Inmiddels is hij gewend aan de situatie en omschrijft Gijs de band met zijn stiefvader als “ingewikkeld, maar goed genoeg.” “We leven samen, maar ik zie hem wel als de partner van mijn moeder en niet als mijn tweede vader.”

De scheiding heeft Gijs gevormd. “Ik heb echt wel mijn ups en downs gehad,” vertelt hij. “Maar ik heb ook wel veel geleerd over mijzelf. Hoe ik met emoties om moet gaan bijvoorbeeld.” In Zwolle begon Gijs aan een nieuwe start. “Dat was eerst spannend, ik kende niemand, maar ik vond het fijn om een nieuwe start te maken.”

Nu studeert Gijs toegepaste psychologie. “Toen ik veertien, vijftien was, zei ik altijd: ik wil andere mensen helpen zodat ze zich niet zo slecht voelen als ik mij toen heb gevoeld,” vertelt hij. “Ik wil dat anderen een goede manier vinden om met hun gevoelens en emoties om te gaan.”

Toch heeft Gijs soms spijt van hoe het is gelopen met zijn vader. “Ik had toch wel graag een goede band met mijn vader willen hebben. En het is nu gewoon goed tussen ons, maar het gaat nooit meer helemaal terug zoals het voor de scheiding was.”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *