Vrouwen verdienen nog altijd minder dan mannen. De nieuwe Wet Loontransparantie moet dat verhelpen. Echter is Karlijn Straver, onafhankelijk adviseur gelijke kansen op de arbeidsmarkt en oud-programmamanager van vrouwenrechtenorganisatie WOMAN Inc, sceptisch. “Nederland is te conservatief ingericht om het probleem echt op te lossen”.
Terwijl iedereen rustig zijn avondeten zit op te eten, hebben we het thuis aan de eettafel over ongelijke lonen. Het is Equal Pay Day, wat de reden is van het gesprek. Met een beetje een opwindende toon vertelt mijn moeder dat ze bij haar oude werk, toen ze via haar werk een opleiding ging doen, veel minder doorbetaald kreeg terwijl ze die opleiding deed dan een mannelijke medestudent. Hij mocht zelfs nog uren bijschrijven voor zelfstudie. Ze werkten destijds bij hetzelfde bedrijf in dezelfde functie, vertelde mijn moeder ontstemd.
De loonkloof in Nederland wordt langzamerhand steeds kleiner, maar vrouwen verdienen nog steeds aanzienlijk minder per uur dan mannen. Dit verschil is zo’n 10,5%, blijkt uit een onderzoek van vakbond FNV (Federatie Nederlandse Vakbeweging). 24 november was het daarom Equal Pay Day. Vanaf deze dag werken vrouwen de rest van het jaar symbolisch voor niets. Deze dag is in het leven geroepen om aandacht te vragen voor de structurele ongelijkheid op de arbeidsmarkt. Om werkgevers bewuster te maken van het verschil in loon en om de loonkloof te verkleinen, komt er in 2027 een nieuwe wetgeving: de Wet Loontransparantie, die bedrijven verplicht inzichtelijk te maken hoe lonen binnen hun organisatie verdeeld zijn.
Deels is de loonkloof te verklaren. Mannen werken vaker in hogere functies en ook werken vrouwen vaker parttime. “Die 10,5% is de ongecorrigeerde loonkloof. Bij de gecorrigeerde loonkloof wordt er echt gekeken naar gelijke gevallen, dus vrouwen en mannen die op dezelfde functie werken, dezelfde hoeveelheid ervaring hebben en evenveel dagen werken. De gecorrigeerde cijfers zijn dus onverklaarbaar. En dat is maar een heel klein getal”, vertelt Maaike Hilhorst, adviseur van werkgeversvereniging AWVN. Volgens het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) zitten deze gecorrigeerde cijfers tussen de 3 en 6 procent. “Het CBS neemt ook nog niet alles mee in het corrigeren; wij komen op een percentage van één of twee. En dat kun je waarschijnlijk ook nog verder corrigeren. Helemaal nul zal het nergens zijn”.
Maar dat betekent volgens Karlijn Straver niet dat de loonkloof bijna niet aanwezig is. Volgens haar is het probleem groter dan alleen deze gecorrigeerde cijfers. “Er is een bepaald stereotype over wat een goede baan is voor een man versus een goede baan voor een vrouw. Je ziet in de praktijk dat banen die een hoger salaris hebben vaak ingevuld worden door mannen. Terwijl vrouwen vaker werken in banen met een lager salaris, zoals assistent of in de zorg. Ook zie je dat wanneer een man onderhandelt, dat wordt gezien als sterk, en bij een vrouw vinden we dat al snel irritant. Hierdoor krijgen mannen vaker promotie of een hoger salaris”.
Ook Marlies Vegter, jurist bij Clara Wichman, ziet in dat de capaciteiten van mannen nog steeds vaker hoger worden ingeschat dan die van vrouwen. “Ik denk dat dat vaak niet helemaal bewust gebeurt. Ik denk dat personeelszaken gewoon liever die man willen binnenhalen, omdat ze denken dat hij het beter kan, en dan geven ze hem maar wat extra geld. Het zit vaak in het systeem of in het onbewuste gebeuren.”
Ook is er nog een belangrijk fenomeen waaruit blijkt dat vrouwen nog altijd gediscrimineerd worden op de arbeidsmarkt. De wet van Sullerot. “Dat laat zien dat op het moment dat ergens meer vrouwen gaan werken in een bepaalde sector, de salarissen omlaaggaan. Ook heeft het werk dan minder aanzien dan op het moment dat er meer mannen werkten. Vrouwen in Nederland worden dus als minder kwalitatief beschouwd”, aldus Straver.
“Om zelf het probleem aan te pakken als vrouw is best lastig. Er zitten veel mogelijke consequenties aan, zoals degradatie en risico op kosten voor de advocaten. Er zijn best veel blokkades. Dit maakt dat vrouwen dit niet zomaar doen”, zegt Vegter. “En vrouwen willen ook, en dat is een vooroordeel dat ze zelf onbewust hebben, niet als een ‘zeur’ overkomen, dus houden ze vaak hun mond”, stelt Straver.
Daarom komt er een nieuwe wet. In de Wet Loontransparantie moeten bedrijven transparanter zijn over salarisschalen en de totstandkoming van salarissen. Dit om gelijke beloning te bevorderen en om loondiscriminatie tegen te gaan. “Doordat er een wet komt en werkgevers dat moeten gaan doen, zie je ook dat de awareness groter wordt, doordat het hoger op de agenda staat. Dat bedrijven daar bewuster mee bezig zijn, is sowieso positief”, vertelt Hilhorst.
Toch is Straver, die zelf in de tijd dat ze nog bij WOMAN Inc. werkte advies heeft gegeven aan de overheid over de wet, toch nog ergens sceptisch of de wet het probleem echt gaat oplossen. “De loonkloof is onderdeel van een groter probleem. Nederland is te conservatief ingericht om het probleem echt op te lossen. Die wet is heel belangrijk, maar het is ook heel belangrijk dat vrouwen beter gerepresenteerd gaan worden in hogere functies. Dus dat sectoren waar veel vrouwen werken betere arbeidsvoorwaarden krijgen, zodat de minimumlonen omhooggaan. Het is goed dat er nu een soort stok achter de deur komt; kennelijk is wetgeving namelijk nodig om dit probleem aan te pakken”.
“Het grootste probleem is dat wij in Nederland denken dat we het hier allemaal zo goed doen. Daardoor zien mensen de urgentie niet in. Want de loonkloof is in Nederland wel echt een probleem. Ik hoop dat door de invoer van de nieuwe Wet Loontransparantie mensen in gaan zien dat wij het hier echt niet zo goed doen als wij denken”, vertelt Karlijn Straver.

Foto: Mathieu Stern via Unsplash