Door: Ivar Biek
GRONINGEN – De officier van justitie eist zes maanden gevangenisstraf en een rijontzegging van twee jaar tegen de 21-jarige Lars H. Tijdens een nacht in januari 2024 reed de verdachte, vermoedelijk onder invloed van lachgas, met twee andere jongens over de N365 vlakbij het Groningse Onstwedde. Hier kwam de auto in een frontale botsing met een lijnbus. Bij het ongeluk kwam de 19-jarige bijrijder om het leven. De derde inzittende en de buschauffeur raakten gewond. De zaak kwam op 16 mei voor de rechter.
De rechtszaak begint met de voorzitter die aan verdachte Lars H. vraagt om zijn verhaal van die avond te doen. ‘’Als het lukt,’’ zegt Lars met een trilling in zijn stem. De verdachte is zichtbaar geëmotioneerd. Tijdens de rechtszaak blijkt al snel dat het overleden slachtoffer één van zijn beste vrienden was.
Op de avond van het ongeluk wilden Lars en zijn vrienden ‘’gewoon chillen’’ zoals hij zelf verklaart. Op camerabeelden is te zien dat de vriendengroep de McDonald’s binnenloopt met lachgasballonnen. Ongeveer tien minuten daarna stappen ze weer in de auto, waarna al gauw het ongeluk op de provinciale weg volgt. Van het moment zelf beweert Lars zich niet veel meer te herinneren. Als de voorzitter hem vraagt wat het eerste is wat hij zich herinnert, zegt hij met tranen in zijn ogen: ‘’Het eerste wat ik zag was het slachtoffer dat levenloos naast mij zat, dat beeld vergeet ik nooit meer.’’
Na Lars’ emotionele verklaring komt de moeder van het slachtoffer aan het woord. Zodra zij begint te spreken kan de verdachte zijn emoties niet meer bedwingen. Hij barst in tranen uit en is niet meer te stoppen. ‘’Op de begrafenis van onze zoon zei je dat jij daar had moeten liggen, en dat klopt,’’ aldus de zichtbaar geëmotioneerde moeder van het slachtoffer. De moeder vervolgt haar verklaring: ‘’Je hebt tegen ons gelogen toen je zei dat je je van die avond niks meer herinnerde. Jij wist wel hoe het was gegaan en dit heb je voor ons verzwegen, dat nemen wij jou kwalijk.’’
De advocaat van de verdachte is het niet eens met de eis van de officier van justitie. Volgens de advocaat was het lachgas al veel eerder op de avond genomen en is het moeilijk te bewijzen dat de verdachte op het moment van het ongeluk nog steeds onder invloed was. Ook vindt de advocaat dat niet het volwassenenstrafrecht, maar het jeugdstrafrecht van toepassing is omdat de verdachte op het moment van het ongeluk thuis woonde en geen baan of school had. Hier is de officier van justitie het niet mee eens omdat de verdachte meerderjarig is en geen verminderde ontwikkeling of beperkte verantwoordelijkheid heeft.
Aan het eind van de rechtszaak is het laatste woord aan de verdachte. ‘’Het wordt voor mij sowieso al ontzettend moeilijk om de draad weer op te pakken,’’ zegt de verdachte wederom met een trilling in zijn stem. De uitspraak van de rechter zal plaatsvinden op vrijdag 30 mei.