ROTTERDAM – Anniek de Koning is junior-consultant cybersecurity bij Revnext: een Rotterdams bureau dat bedrijven en overheden adviseert over digitale veiligheid. Een werkveld waar door meerdere redenen sprake is van arbeidskrapte, waaronder de stijgende vraag naar digitale veiligheid en weinig interesse in het werkveld. Ze probeert een soms onbereikbare groep geïnteresseerd te krijgen in het werkveld: vrouwen.
De Koning heeft zich in haar vorige functie bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten ingezet om deze arbeidskrapte te verminderen. Dit werd gedaan doormiddel van een pilotklas, bestaande uit een diverse groep studenten van verschillende mbo’s, hogescholen en universiteiten. Op deze manier konden gemeenten jonge mensen en specifiek vrouwen bereiken en met hen in gesprek gaan.
‘Je wilt je niet echt laten kennen’
In deze groepen moeten alle onderwerpen bespreekbaar moeten worden gemaakt. Ook problemen waar De Koning zelf tegenaan is gelopen in het werkveld: “op de afdeling IT, maar ook in het management, vind je voornamelijk mannen. Dat kan best intimiderend voelen. Ik merk bij mezelf dat ik toch meer ‘lievig’ ga doen, terwijl dat eigenlijk onzinnig is. Maar als je zo behandeld wordt, ga je je ernaar gedragen.”
Het kan wel lang duren voordat er ook echt gesproken wordt over problemen waar de pilot-klas tegenaan loopt. “Ze zeggen het niet meteen. Je wilt je niet echt laten kennen, ik merkte bij één van de stagiaires met wie ik samenwerkte dat dat echt een paar maanden heeft geduurd voordat ze dat durfde te zeggen. Ik vond dat heel jammer, omdat ik natuurlijk wilde zijn voor hen.”
Hogeschool Windesheim
Elham Alaqeband (27) studeert HBO-ICT aan het Windesheim in Zwolle, over enkele weken hoopt ze haar diploma te halen. Haar klas bestaat voor ongeveer een derde uit vrouwen. Het idee van een pilotklas spreekt haar aan, maar voor vrouwelijke ICT-studenten aan het Windesheim vindt ze het niet van levensbelang. De sfeer binnen de opleiding is goed en er wordt veel begeleiding geboden vanuit de hogeschool. “Twee of drie keer per jaar worden er bijeenkomsten georganiseerd voor ICT-vrouwen. Daar delen ze hun ervaringen over vakken, docenten of binnen de klas,” vertelt Alaqeband.
Tijdens haar stageperiode ging dit anders, ze werkte binnen een team dat enkel bestond uit mannen. Alleen het afdelingshoofd was een vrouw. Toch verwacht ze dat de werkvloer in de toekomst meer vrouwen gaat bevatten: “op dit moment merk ik dat veel bedrijven graag vrouwen in de ICT willen hebben. Mijn huidige bedrijfsmentor vertelde me op een bedrijfsmarkt dat hij een vrouw zocht voor de afstudeerstage die ze aanboden. Het gaf een welkom gevoel, en het team bestaat er voor de helft uit mannen en de helft uit vrouwen.”
BEELD GLENN CARSTENS-PETERS