Ter Apel – Volgens het CBS ligt het aantal verdrinkingen onder asielzoekers met een niet-westerse afkomst zo’n 3 keer hoger dan het gemiddelde in Nederland. Afgelopen jaren zijn er meerdere asielzoekers verdronken toen ze (recreatief) te water gingen in Nederland, bovendien lopen kinderen op COA-locaties achter op hun Nederlandse leeftijdsgenoten als het gaat om het bezit van zwemdiploma’s.
Inmiddels is er een campagne gestart: “We zijn er op de hoogte van dat nieuwkomers relatief vaker verdrinken, met ons actieplan willen we de zwemvaardigheid bevorderen.” Aldus het COA. Het COA richt zich vooral op voorlichting, zwemlessen worden niet aangeboden door het COA zelf, maar asielzoekers kunnen er nu wel een volledige vergoeding voor krijgen. Op sommige opvanglocaties worden nu als onderdeel van het sport en beweegaanbod zwemles aangeboden door externe organisaties.
De nationale raad van zwemveiligheid zegt nauw samen te werken met het COA op het gebied van zwemvaardigheid -en veiligheid. “We staan in contact met de zwemlesaanbieders en geven tips hoe ze asielzoekers het beste een zwemdiploma kunnen laten halen.” Ze vullen aan dat het belangrijk is dat ook na de overdracht van het opvangcentrum naar de gemeente asielzoekers blijvend zwemvaardig moeten zijn. De verantwoordelijkheid van zwemveiligheid ligt dan niet langer meer bij het COA maar bij de gemeente. “Bij het inburgeren moeten kinderen en volwassenen ook verplicht kijken naar mogelijkheden voor zwemles en het halen van in ieder geval een zwemdiploma A, dat zijn de basisvaardigheden.”
Het actieplan is tot nu toe effectief in het terugdringen van het aantal verdrinkingen.