Het jonge volleybaltalent Lucas Blaas (17) heeft ondanks zijn leeftijd al veel mooie prestaties geleverd. Hij werd veelvoudig kampioen binnen EVV, mocht meespelen in de Tweede Divisie bij Draisma Dynamo en zelfs meespelen in een EK-toernooi met Jong Oranje in Montenegro. Hij is een van de weinige Elburgers die het zo ver heeft weten te schoppen. Lucas heeft zijn naam mogen vestigen naast Elburgse grootheden als Reinder Nummerdor en Niels Lipke. Hoe gaat het nu in de carrière van deze topsporter?
Hoe ben je terechtgekomen in de selectie van Jong Oranje?
“Nadat ik terechtkwam in het 2e van Elburg ging het balletje rollen. Ik mocht meetrainen met Heren 1, en daar heb ik natuurlijk ontzettend veel stappen gezet. Ik kreeg vanuit de volleybalbond een brief gestuurd, waarin stond dat ze mij graag op een selectietraining wilde zien. Achteraf vertelde ze mij dat ik met mijn niveau mee zou kunnen doen in toernooien”
Hoe kijk je terug naar het EK in Montenegro?
“Het was ongelofelijk gaaf, het is niet iets wat elke doorsnee volleyballer zomaar doet. Het is een Europees kampioenschap, daar heb ik veel ervaring op kunnen doen. Dat ook op een nieuwe positie, bij Elburg stond ik nog op passer-loper, wat vooral meedoen in de verdediging is. Maar bij Jong Oranje sta ik op de diagonaal positie.”
Wat voelde je je bij zo’n grote verandering?
“Eerst onzeker, het is een hele andere positie. Het is heel veel aanvallen, eigenlijk alleen maar. De verdediging kan ik dan weglaten. Dat was wel een hele verandering, sindsdien ben ik ook diagonaalspeler en geen passer-loper meer.”
Na het EK heb je een uitstap gemaakt naar Draisma Dynamo, vanwaar die keuze?
“Het 1ste in Elburg ging wat niveaus naar beneden. Ik zou eerst aansluiten bij dit team, maar zij gingen promotieklasse spelen. Ik moest toen voor mezelf en mijn eigen ontwikkeling kiezen. Ik wilde het allerliefst doorgroeien en daarvoor was Dynamo de beste keuze om die stappen te kunnen maken. Mijn eigen team is heren 4, die spelen op dit moment in de 2e divisie. Op maandagen train ik ook mee bij heren 3, en waar er ruimte is kan ik meedoen bij heren 1 in de Eredivisie. Het is een mooie lijn waar ik mezelf kan ontwikkelen.”
Je zit ook op de CSE Topsport Academie, zie jij jezelf als verder ontwikkeld dan de rest?
“Niet per se. Op school train ik 1 keer per week in de zaal en 2 keer in de week hebben we krachttraining. Vorig jaar was het niveau nog wat hoger op het CSE, maar de nieuwe jongens zijn wat jonger en minder ervaren. Het is voor mij beter om dan 2 keer krachttraining te doen. In totaal train ik zo’n 7-8x per week. Merendeel daarvan sta ik in de zaal. Ik voel me niet per se beter dan de rest, iedereen moet zich op zijn eigen manier ontwikkelen, ik ook.”
Op dit moment train je niet meer mee bij Jong Oranje, hoe voel je je daarbij?
“Op dit moment niet en dat vind ik jammer. In de toekomst zie ik zeker nog kansen. De toptrainers bij Dynamo denken dat ik nog meer potentie heb. Ik geloof daarin in de woorden van mijn trainers, zij hebben ervaring op de Eredivisie en in Italië, een van de sterkste landen als het op volleybal aankomt. Het is even balen, maar ik zie mezelf zeker nog terugkeren.”
Wat is jouw advies voor gedreven volleyballers?
“Vooral veel trainingsuren maken. Kleine punten kan je snel verbeteren, maar het beste wat je kan doen is veel uren maken. Je best doen en zorgen dat je daardoor bij hogere teams kan meetrainen. Als je je minuten maakt gaat het snel.”