9 juni 2025

‘Als je niks kan moet je ook niks willen’

Door: Lara Smit

ZUTPHEN – “Ik vind dat ik steeds weer word gestraft voor mijn gevangenisstraf. Er verandert bijna niks door de jaren heen: hoe ik nu ben, is hoe ik het beste ben”,  vertelt Mike J. vanuit een tbs-kliniek in Zeeland. Via een videoverbinding is de moordenaar van Rowena Rikkers, ook wel bekend als het Meisje van Nulde, te horen in de rechtbankzitting over de eventuele verlenging van zijn tbs-verblijf. In 2003 werd J. veroordeeld voor doodslag op zijn 4-jarige stiefdochter. Hij zit sinds 2009 in een tbs-kliniek en verblijft inmiddels op de longstay-afdeling. “Ik zit hier prima, maar ik wil hier niet mijn hele leven zitten”, vertelde J. al bij de vorige verlenging, bijna twee jaar geleden.

“In het verblijf gaat het, met hulp van zijn mentor, wel oké”, vertelt een gedragsdeskundige in de rechtbank. Ze praat vanuit een vriendelijke toon naar de veroordeelde. Volgens haar moet J. meer initiatief tonen om zelfstandiger te worden en erkent hij zijn problematiek niet. “Dit zijn belemmerende factoren voor resocialisatie. Tegelijkertijd is, voor het toenemen van meer vrijheden, meer zicht op de risico’s nodig”, zegt de gedragsdeskundige.

J. is actief aan het werk in een kantine, een montagehal en verzorgt alpaca’s. Tijdens dit werk is er geen sprake van recidivegedrag en gedraagt hij zich netjes. Zijn grootste motivatie voor het werk is het sparen voor nieuwe garageboxen. “Ik ben een hoarder; het liefst koop ik in één keer spullen voor twee maanden, maar daar heb ik nu geen ruimte voor”.

Naast de veroordeelde, achter het scherm, zit zijn advocaat. “Dan kriebelt toch ergens bij mij het verleden. De dingen die nu benoemd worden, waren toen toch ook geen belemmering voor het zoeken van een geschikte woning?” J. kwam een aantal jaar geleden in aanraking met een herintreding in de maatschappij, maar kon toen geen geschikte woning vinden. Ook werd hij in deze periode ziek. “Ik heb acht weken in coma gelegen”, vertelt J. als een van de redenen voor de mislukte overplaatsing. “Het kan zijn dat de situatie anders wordt als hij wel zelfstandig zou gaan wonen”, zegt zijn advocaat. Zelf geeft de veroordeelde aan dat hij nog niet in staat is om zelfstandig te wonen.

“Ik ben wel bekend met de rechtbank; dat advies zal al wel geschreven zijn”, klaagt J. wanneer zijn advocaat aan hem vraagt of hij nog iets wil melden vóor het advies van de officier van justitie. De voorzitter gaat hier tegenin en meldt dat een advies altijd kan veranderen tijdens een zitting, wanneer een goed punt wordt gemaakt. J. vertelt daarom dat hij het gevoel krijgt dat er niet het uiterste geprobeerd wordt voor hem, maar voor anderen wel. Zelfs wanneer hij dit vertelt, blijft hij rustig en netjes. Hij zit relaxed in zijn stoel wanneer de rechtbanksleden hun adviezen delen.

De officier van justitie sluit zich aan bij het advies van de gedragsdeskundige: J. is nog niet klaar voor resocialisatie. De rechtbank doet over twee weken uitspraak.

Door larasmit

Related Post

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *