Door: Lars Hiddingh
Door de stijgende huizenprijzen en lange wachttijden op de woningmarkt is studeren in een andere stad voor veel studenten enorm lastig. Voor Tijn (20) dreigt het zelfs zijn toekomstplannen te kosten.
“Als ik dit nog drie jaar moet volhouden, weet ik niet of ik het red,” zegt Tijn, student in Utrecht, maar woonachtig in Enschede. Al anderhalf jaar staat hij ingeschreven bij studentenhuisvester SSH, maar dat heeft hem nog niets opgeleverd. Hij reist vaak vijf uur op één dag op en neer. “Mijn cijfers lijden eronder, en ik vraag me af of ik misschien een verkeerde keuze heb gemaakt.”
Uit cijfers van het CBS blijkt dat de huizenprijzen in bijna alle Nederlandse gemeenten blijven stijgen. In Utrecht is dit maar liefst 14,2%. Een betaalbare woning is hierom voor veel studenten niet te doen. De wachttijden lopen op tot jaren. ‘’Ik schreef me pas in het begin van het schooljaar in. Een vriend van me moest voor een woning in Utrecht drie jaar wachten,’’ vertelt Tijn. ‘’Dat is de lengte van mijn studie.’’
‘’Je mist gewoon alles’’
Op school zelf vindt Tijn het lastig om zich volledig te concentreren. “Ik probeer colleges op te nemen, maar na zo’n lange reis is de concentratie gewoon weg. Mijn cijfers lijden daar dan ook onder.’’
Niet alleen de schoolresultaten zijn een probleem, ook van een echt studentenleven krijgt Tijn maar amper iets mee. ‘’Ik mis veel van de studievereniging. Ik ben wel lid, maar ik ben er nauwelijks,’’ legt hij uit. “Je hebt toch verwachtingen, zoals nieuwe mensen leren kennen, leuke dingen doen en natuurlijk het wonen in een grote studentenstad. Maar in plaats daarvan voel ik me vaak een beetje buitengesloten.’’
Buiten woningmarkt kijken
Sommige studenten geven als advies buiten de woningmarkt te zoeken en connecties te maken. Maar om een woonruimte in Utrecht te vinden, moet je volgens Tijn al in Utrecht wonen, of in elk geval een netwerk hebben. “Het versterkt elkaar alleen maar,’’ ziet hij. ‘’Je moet connecties hebben om in Utrecht te kunnen wonen, maar je moet dus ook in Utrecht wonen om die connecties te kunnen krijgen.’’
Tijn verbleef een korte tijd bij een kennis aan het begin van zijn studie. Hij verwachtte dat hij snel iets zou vinden. “Maar na een maand had ik nog niks en moest ik weer weg.’’
Tijn kijkt naar andere studenten. “Als je ouders of vrienden in de stad hebt, kun je vaak sneller iets vinden. Maar ik moest het zelf uitzoeken. En dat is gewoon bijna niet te doen.”
Doorstuderen of stoppen?
“Ik overweeg wel eens te stoppen met de studie,’’ geeft Tijn toe. ‘’En dat doet pijn, want ik vind de opleiding echt leuk.” De gedachte dat zijn toekomst misschien afhangt van de vraag of hij een kamer vindt, voelt voor hem enorm oneerlijk. “Had ik dit kunnen zien aankomen? Misschien wel. Maar ik dacht dat het na een tijdje vast wel zou lukken. Nu weet ik dat het anders is.”
Groter probleem
De woningnood in Nederland is niks nieuws, maar wordt door de stijgende huizenprijzen wel zichtbaarder. Toch blijft grootschalige bouw van studentenwoningen achter, terwijl het aantal studenten blijft groeien. Tijns verhaal is dan ook niet uniek, veel andere studenten hebben net als hij last van een te krappe woningmarkt.
Voorlopig blijft Tijn studeren, al blijft hij wel realistisch. “Ik wil echt door, maar ik vraag me steeds vaker af: is het dat wel waard? Steeds maar op en neer voor drie jaar?”