Door: Hajar Bendrif
Deze maand publiceert het Trimbos-instituut samen met de Nederlandse GGZ een vernieuwde richtlijn voor de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen, met uitgebreid aandacht voor borderlinepersoonlijkheidsstoornis (BPS) bij jongeren. Een noodzakelijke stap, want het aantal jongeren met borderlineklachten neemt toe, terwijl diagnose en behandeling vaak te laat komen.
De nieuwe richtlijn zullen zorgen voor kortere wachttijden, inzet van ervaringsdeskundigen en intensievere samenwerking met scholen. Ook worden diagnostische criteria versoepeld, zodat hulpverleners sneller durven handelen.
Uit promotieonderzoek van Annelies Laurenssen blijkt dat slechts 9 % van de behandelaars een persoonlijkheidsstoornis vaststelt bij jongeren, vaak uit angst om te snel te labelen.
“We zien steeds jongere mensen worstelen met heftige stemmingswisselingen en relationele instabiliteit,” zegt Liesbeth de Ruiter, toegepast psycholoog in de GGZ. “Maar behandeling komt vaak te laat.” Volgens De Ruiter vergroot die terughoudendheid juist de problemen.
Dat de richtlijn nu wordt vernieuwd, is volgens experts geen toeval. De druk op de jeugdzorg is de afgelopen jaren sterk toegenomen en de coronapandemie heeft psychische kwetsbaarheid bij jongeren verder vergroot. “De urgentie is niet langer te negeren,” aldus De Ruiter.
Met de nieuwe richtlijn hoopt De Ruiter op meer bewustwording en actie. “We moeten eerder signaleren, sneller behandelen en jongeren vooral serieus nemen.”
bron foto: Unsplash
esmeebuter 
larshiddingh