“Ik heb spijt dat ik met een wapen heb gelopen. Ik zal het nooit meer doen.” Met die woorden sluit de 37-jarige Groningse verdachte zijn zitting af in de rechtbank van Groningen. Hij staat terecht voor poging tot doodslag, verboden wapenbezit en het bezit van munitie. De officier van justitie eist vier jaar celstraf.
Wat zich precies heeft afgespeeld in de vroege ochtend van 29 september 2024 bij nachtclub Bordeaux blijft onduidelijk. Zeker is dat er vier schoten werden gelost, dat de verdachte een wapen bij zich had en dat hij zelf heeft geschoten. Camerabeelden tonen hoe hij zijn hand bij zijn tasje houdt. “U loopt zo ongeveer recht in de handen van de politie,” merkt de rechter op.
Volgens de verdachte ontstond de situatie spontaan. Hij wilde eigenlijk niet eens uitgaan, maar ging mee met zijn twee broers. Buiten bij de club ontstond er ruzie toen een vriendin werd lastiggevallen. De verdachte voelde zich bedreigd en trok het wapen. “Die man zei dat hij me dood zou maken. Hij maakte een rare beweging, dus ik trok mijn pistool.” Het wapen is een omgebouwd gaspistool van het type Zoraki 906. De verdachte heeft het pistool volgens eigen zeggen eerder aangeschaft na een woningoverval. “Ik voelde me niet meer veilig.”
Toch roept zijn verklaring vragen op. De rechter wijst erop dat de Groningse verdachte eerder zei dat hij niet meer weet wat hij gezegd of gedaan heeft. Bovendien is hij de enige die verklaart bedreigd te zijn. Op camerabeelden is te zien dat hij geen poging doet zich aan het conflict te onttrekken. “Als je een vuurwapen bij je draagt, gebruik je het sneller,” geeft de verdachte toe.
De officier van justitie stelt dat er geen sprake is van noodweer. Vincenzo zou hebben gericht op banken en ramen in plaats van waarschuwingsschoten te lossen. De risico’s voor omstanders waren groot, en bovendien zijn zijn verklaringen volgens de aanklager inconsistent. “Het alternatief dat een ander het wapen heeft gebruikt, vindt geen steun in het dossier.”
Opmerkelijk is dat later in de nacht een tweede vuurwapen werd aangetroffen in de toiletten van de club. Volgens het Openbaar Ministerie heeft dit wapen echter niets te maken met de zaak van de verdachte.
De advocaat van de Groninger zegt het tegenovergestelde. Volgens hem werd de verdachte omringd door meerdere personen en ontstond er een worsteling waarbij het wapen per ongeluk is afgegaan. “Drie van de vier schoten waren onbewust. Er is geen bewijs van opzet.” Hij vraagt vrijspraak voor poging tot doodslag.
De uitspraak volgt over twee weken. De verdachte gaf aan dat hij daar niet bij aanwezig wil zijn. Of de rechter meegaat in het verhaal van zelfverdediging of toch oordeelt dat er sprake was van poging tot doodslag, zal dan duidelijk worden.