Door Julia Kiel – 28-2-2025
AMSTERDAM- “Nee!” Verdachte Anouar B. valt de officier van justitie fel in de rede. Vanaf de rechterkant van de rechtbank schudt hij zijn hoofd en zit rechtop in zijn stoel. “Excuseer, ik bedoelde natuurlijk meneer B,” verontschuldigd de officier. Anouar is zichtbaar gefrustreerd. “Nee, zo ontstaan er dus fouten!”
Anouar B. en Zakaria B. staan op 28 februari allebei terecht voor de rechtbank van Amsterdam. Ze worden verdacht van betrokkenheid bij het produceren van drugs. Ze zouden beiden in verschillende panden betrokken zijn geweest bij de productie van cocaïne. Zakaria B. wordt daarnaast verdacht van wapenbezit. Het OM eist zes jaar cel tegen Anouar en negen jaar tegen Zakaria.
Tijdens de zitting ontstaat er verwarring over de telefoon van Anouar B. Op de telefoon die in beslag was genomen zijn er notities gevonden over de bereiding van drugs. De officier van justitie, die overigens erg verkouden is, vertelt in haar requisitoir over de notitie op de IPhone van B. “Ik heb helemaal geen IPhone,” reageert B. Hij geeft aan een Samsung telefoon te hebben en nog nooit van de notitie te hebben gehoord. De officier fronst en duikt in haar computerscherm. Ze komt tot de conclusie dat het een typefout in het rapport is geweest, en dat de bijbehorende nummers wel overeenkomen. B. is het er niet mee eens. Hij blijft aangeven dat de notitie niet uit zijn telefoon komt. Zijn vrouw probeert vanaf de tribune ook iets in te brengen. “Ik heb het nooit op zijn telefoon gezien,” zegt ze, maar haar woorden bereiken de rechter niet.
Anouar is niet de enige die de zaak verwarrend lijkt te vinden. Bij verdachte Zakaria B. ontstaat een hevige discussie over de werking van snapchat. B. zou namelijk foto’s van cocaïne op zijn telefoon hebben. Hij zegt echter dat ze niet van hem zijn. De discussie komt zelfs zo ver, dat een student uit het publiek in de pauze de officier moet uitleggen hoe de app in elkaar steekt. Advocaat Tuip, van Zakaria, sluit zich dan ook aan bij Anouar. “Ik begrijp nu ook de woorden van Anouar, het rapport is nogal rommelig.”
Ondertussen blijft Anouar B. ontkennen dat hij iets van de notitie af weet. “Het wordt zo op mijn bord geschoven,” verklaart Anouar B. “Jullie collega’s bij de politie bakken er niks van.” Het is duidelijke taal van de verdachte. Of de rechters hetzelfde oordelen moet nog blijken. Op 14 maart is de uitspraak, dan zullen beide verdachten erbij zijn.

Rechtbank van Amsterdam / Foto: Julia Kiel