Zutphen, 5 maart 2025 – “Gaat het wel? Wilt u wat water?” De rechtszaak tegen vermeend witwasser en drugshandelaar Hessel H. in de rechtbank in Zutphen is halverwege als de rechter ingrijpt. De verdachte, die al veel te laat de rechtszaal binnenkwam, begint tijdens de zitting zichtbaar te zweten, zo erg dat zelfs zijn hoodie en pet dat niet kunnen verbergen. “Bent u nu onder invloed?”, vraagt de rechter aan de verdachte, die direct instemmend knikt. Direct daarna besluit de rechter de zaak te stoppen en te verzetten.
De zaak van Hessel H. draait om grootschalige drugshandel en mogelijke witwaspraktijken. Hij wordt ervan verdacht sinds 2020 actief bezig te zijn met de handel in cocaïne, wiet, hasj, 3-MMC en lachgas. De officier van justitie vertelt duidelijk dat dit blijkt uit meerdere politieonderzoeken en observaties die de afgelopen jaren zijn uitgevoerd. De verdachte staat bekend onder de namen ‘’Hansie’’ en ‘’Simon’’ bij een aantal getuigen, die hier openlijk over hebben gesproken. Verdachte H. zou ook mede-eigenaar zijn van het horecabedrijf Yarmouk, waar hij vermoedelijk gebruik van heeft gemaakt om geld wit te wassen.
Vorig jaar september is de verdachte Hessel H. aangehouden met 15 gram cocaïne op zak. De officier van justitie wijst op duidelijke handel in harddrugs: ‘’De verdachte heeft zich eerder schuldig gemaakt aan strafbare feiten zoals uitgaansgeweld en eerdere drugshandel. Dit vergroot de kans op de maximale straf die de politierechter kan opleggen.’’ De verdachte reageert: ‘’Zoals u merkt, ben ik niet in staat om daarop te antwoorden.”
Het is zeer goed te merken dat de verdachte moeite heeft om zijn aandacht bij de zaak te houden. De rechter negeert zijn gedrag en gaat onophoudelijk door met het dossier van Hessel H. Tijdens de zitting vraagt de rechter een aantal keer aan de verdachte om bevestiging of een mening, maar hij reageert telkens met exact dezelfde zin: “Zoals u merkt, ben ik niet in staat om daarop te antwoorden.” De rechter gaat vervolgens door met het volgende onderdeel.
Uit het doornemen van de persoonlijke omstandigheden van de verdachte blijkt dat Hessel H. een strafblad heeft en al eerder heeft vastgezeten voor de handel in drugs. De verdachte verklaart dat deze gebeurtenissen zijn voortgekomen uit verkeerde vriendschappen. Hij voegt hieraan toe dat hij zelf verslaafd is aan de middelen waarin hij heeft gehandeld.
Tijdens de ondervraging komt de verdachte Hessel H. niet meer uit zijn woorden en begint hij hevig te zweten. Hierop vraagt de rechter: ‘’Gaat het wel? Wilt u wat water?’’ De verdachte neemt het bekertje water aan en zet het voor zich neer. Dit leidt tot de vraag of H. op dat moment onder invloed is, en dit bevestigt hij knikkend. Naar aanleiding van zijn antwoord vraagt zijn advocate een schorsing van de zaak aan.
Er wordt officieel een verzoek tot aanhouding van de zaak ingediend. De officier van justitie staat op en zegt: ‘’Zoals eerder aangegeven, zijn de belangen te groot om de zaak nu te behandelen. De zaak valt onder de maximale straf die de politierechter kan opleggen.’’ Hierop belooft de verdachte dat hij de volgende zitting nuchter zal verschijnen.
Isabella Fidder 
jonathanvandenakker