In de Week van de Mentale gezondheid wordt aandacht gevraagd voor het belang van mentaal welzijn en ruimte gecreëerd om erover te praten. Dit gebeurt van 2 tot en met 8 juni door middel van activiteiten. Mirre Kleinhuis heeft zelf een moeilijke periode gehad. Zij vindt het belangrijk dat er meer aandacht wordt gevraagd voor de mentale gezondheid van mensen.
In welke periode worstelde je meest met je mentale gezondheid en waar kwam dat door, denk je?
“In 2020 had ik een relatie-break-up. Daar is het begonnen. Ik denk dat het zeker tot en met 2023 wel de zwaarste periode was. Daar kwam corona toen nog bovenop.”
Wat voor stappen had je gezet richting je herstel?
“Ik heb therapie gehad bij twee verschillende instellingen. Dus ik heb vooral heel veel gepraat. Ook in gezinsverband. Het is ook gewoon een soort van ouder worden, jezelf beter leren kennen en snappen, en ook een beetje uit de puberale fase gaan.”
Hoe heb je de periode tijdens therapie ervaren?
“De eerste instelling was voor mij niet heel goed, want ze hadden daar ook foutjes gemaakt. Toen hadden ze mij gediagnosticeerd, maar hadden ze me dat niet verteld. Toen ben ik naar een nieuwe gegaan, en die heeft me juist wel heel erg geholpen. Daar heb ik verschillende soorten therapie gehad, en een signaleringsplan gemaakt wat heel erg heeft geholpen met het begrijpen van mijn emoties.”
Ben je nu nog steeds bewust bezig met je mentale gezondheid en op welke manier?
“Ja, zeker wel. Ik merk dat buitenlucht heel belangrijk voor mij is dus ik ga nu heel vaak wandelen en fietsen. Schrijven probeer ik te doen, dus een beetje bijhouden, om een beetje alles te verwerken van de dag zodat het wat minder vol in mijn hoofd wordt. Ik zorg er vooral voor dat ik heel veel slaap krijg, want dat heeft heel veel effect op mijn mentale gezondheid. Dat ik goed slaap is voor mij ook heel belangrijk.”
Was er ook nog in de periode naar je herstel toe een bepaald moment of persoon die echt verschil maakte voor jou?
“Ja, ik heb een leerlingbegeleider op school. Zij heeft mij wel echt heel erg geholpen, want ze begreep mij echt heel erg goed. Maar ik heb ook echt een hele fijne therapeut gehad, en nou, meerdere, echt wel drie verschillende personen die wel heel belangrijk zijn geweest daarvoor.”
Het is nu de Week van de Mentale Gezondheid. Bij deze campagne worden er activiteiten georganiseerd om het belang van mentaal welzijn te benadrukken. Wat vind je van zo’n initiatief?
“Ja, dat vind ik wel heel goed. Zeker als het een beetje creatief is en het ook een beetje speels wordt gemaakt, maar dat het ook over serieuze onderwerpen mag gaan. Ik denk dat dat wel heel belangrijk is en dat het ook voor jongeren of ouderen kan helpen om te weten dat ze niet alleen zijn. Dus als ze dat doen door middel van uitleg over wat mentale ongezondheid inhoudt, of leuke projecten opstarten voor groepen mensen die het lastig hebben dan is dat wel heel mooi.”
Denk je dat er momenteel genoeg aandacht is voor mentale gezondheid, bijvoorbeeld op scholen of op de werkvloer?
“Ik denk dat dat wel heel erg per school verschilt. Ik denk dat er op mijn school wel veel aandacht voor is. Ik denk dat er op de werkvloer nog wel een soort van taboe ligt. Als je je afbelt voor je werk moet het altijd met een lichamelijke reden zijn naar mijn idee.”
Waar merk je het aan dat er ruimte is rondom mentale gezondheid op jou school?
“Als het niet lukt om het jaar volledig te doen, heb je heel veel opties om een ander pad te bewandelen. Bijvoorbeeld door gespreid examen te doen, of bepaalde vakken volgen in een andere ruimte. Ook zijn er stilteruimtes in school.”
Wat zou je nog graag zien gebeuren in de samenleving rondom het thema mentale gezondheid?
“Ik denk dat het voor mannen toegankelijker moet worden om te huilen, want het is heel erg zo’n cultuurtje van mannen. Ze moeten zich sterk houden. Ze zitten allemaal thuis te huilen, maar je ziet het eigenlijk heel weinig gebeuren in het openbaar. Het is gewoon heel normaal. Dus ik zou het fijn vinden als dat nog meer wordt genormaliseerd voor hun.”
Foto: Mirre Kleinhuis