vr. okt 31st, 2025

Veiligheid en diversiteit: hoeveel ruimte is er écht voor inclusie in het Nederlandse theater?

Door Charlotte Velsen

Inclusie en sociale veiligheid zijn onderwerpen waar het Nederlandse theater niet meer omheen kan. Na verschillende meldingen van grensoverschrijdend gedrag bij grote instellingen, zoals Internationaal Theater Amsterdam (ITA) en Likeminds, groeit de behoefte aan een veiligere en eerlijkere theaterwereld. Vooral jonge makers stellen kritische vragen over wat inclusie nu écht betekent.

Een van hen is Noa Van Dun, afgestudeerd aan PACT Amsterdam en nu derdejaars theaterdocentstudent aan het HKU. Als queer theatermaker vindt Noa dat inclusie verder moet gaan dan alleen beleid, het gaat om ruimte geven aan stemmen die te lang niet gehoord zijn.

“Inclusie betekent voor mij dat ik niet hoef uit te leggen waarom mijn verhaal ertoe doet,” zegt Noa. “Dat ik gewoon op het podium mag staan zoals ik ben, zonder dat het meteen over mijn identiteit hoeft te gaan.”

De overheid en fondsen proberen verandering wel te stimuleren. Nieuwe subsidievoorwaarden leggen meer nadruk op diversiteit en sociale veiligheid binnen gezelschappen. Maar in de praktijk blijft het vaak alleen bij goede bedoelingen. Veel jonge makers merken dat er binnen theaterkunst opleidingen en instellingen nog sprake is van hiërarchie en angst om grenzen te verleggen.

Toch beweegt er iets. Steeds meer jonge makers creëren hun eigen podia, waar thema’s als identiteit, inclusie en kwetsbaarheid juist centraal staan. Deze nieuwe generatie laat zien dat verandering niet alleen van bovenaf hoeft te komen maar begint bij mensen die ruimte maken voor elkaar, op en achter het podium.

Related Post

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *