20 juli 2025

Personeelstekort in de Horeca: ‘Ik wil niet tot mijn 65ste achter de bar staan’ 

De 21-jarige horecamedewerker Dymas Lameris ploft op zijn eerste vrije dag na een week voldaan neer op zijn bank: “Ik heb nu eindelijk vrij, maar moet zaterdag en zondag weer op werk komen.” Dymas Lameris heeft net als veel andere jongere horecamedewerkers onder andere last van de onregelmatige werktijden. Volgens een onderzoeksrapport van de ABN AMRO kampt de horeca in Nederland met een stijgend probleem: Er werken veel jongeren als bijbaan maar zij stoppen als jongvolwassene. Hierdoor is er een personeelsprobleem.  

Dymas werkt al 6 jaar bij het Theehuis in Grou. “In het begin was het puur een bijbaantje, als je 15 bent wil je gewoon een baantje om wat geld te verdienen, en mijn beide broers werkten daar op dat moment ook.” In die 6 jaar is hij van afwasser, naar barman uiteindelijk bediende geworden. “Sinds anderhalf jaar sta ik nu ook in de bediening. Aan tafel eten opnemen, eten brengen en drankjes opnemen. Dus dat combineer ik nu. Ik ben nu 50% in de wijk, zoals dat heet, en 50% achter de bar. Ik vind het leuk dat ik dat kan afwisselen, maar stiekem denk ik dat het achter de bar voor mij het leukste is. Dat blijft wel mijn plekje.” 

Dymas heeft tijdens zijn bijbaan een opleiding marketing en communicatie afgerond, maar werkt nog steeds bij het Theehuis. “Ik heb de studie gedaan, omdat ik eigenlijk niet wist wat ik wilde doen, en dat weet ik eigenlijk nog steeds niet. Maar aan de andere kant, ik zit daar goed op mijn plek en ik verdien redelijk goed.” Dymas werkt niet fulltime maar heeft een nul uren contract. Dat is handiger want hij heeft wisselende werktijden. “Soms ben ik zaterdag en zondag vrij, maar soms ook wel woensdag en donderdag. Dat verschilt heel erg. Het is erg vaak onregelmatig.” De onregelmatige werktijden zijn één van de pijnpunten van hem waardoor hij twijfelt om door te werken. 

Volgens een publicatie van de ABN AMRO zien veel jongeren de horeca puur als bijbaan en stoppen na een zomer gewerkt te hebben, of als ze de leeftijd van een jongvolwassene bereiken. Dymas ziet zichzelf ook niet zijn hele leven in de horeca werken. “Ik zie mijzelf niet tot mijn 65ste achter de bar staan. Misschien kom ik nog iets tegen waarbij ik mijn horeca-ervaring kan gebruiken, maar iets in een andere richting. Dan heb je nog wel een beetje de connectie ermee, daar twijfel ik nog over.” Dymas ziet veel collega’s komen en gaan. “Er zijn veel mensen die puur en alleen een zomer komen werken, die geven dan van tevoren aan dat ze maar twee à drie maanden willen werken. We noemen dit eendagsvliegers.”  

Dymas vindt zijn werk erg leuk en als hij gevraagd wordt om in te vallen wil hij dat vrijwel altijd. Maar waarom is het aantal jongvolwassenen in de sector zo gedaald als het zou leuk werk is? “Je hoort toch vaak dat de horeca minder goed verdiend dan andere baantjes, maar je hebt wel andere voordelen als fooi. Ook de onregelmatige werktijden helpen niet mee, je moet denk ik wel echt gemaakt zijn voor de horeca als je echt lang door wil.” 

In het onderzoeksrapport van de ABN AMRO wordt gezegd dat werkgevers meer moeten doen om jonge werknemers vast te houden om zo deze sector draaiende te houden. Volgens Dymas zijn er veel opties om werknemers bij een bedrijf te houden. “Ze mogen in mijn geval wat strakker handhaven op pauzes, wij krijgen veel minder pauze dan mensen bij een supermarkt.” Ook het salaris mag van hem omhoog, maar hoe langer je ergens werkt hoe meer je verdient zegt hij. “Dat is een loyaal aspect, ik word goed beloond naarmate ik langer werk.” 

Related Post

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *