| Van het overlijden van je huisdier tot het verliezen van een dierbare, iedereen heeft wel eens te maken gehad met rouw. Zo ook Zefnad Tetelepta (24) uit Utrecht. Hij verloor in een korte tijd twee ooms en maakte voor zijn afstudeerproject aan de HKU de korte animatiefilm: “Selamat Jalan”. Dat vertaald letterlijk naar vaarwel, waar deze animatiefilm met een Moluks jongetje over gaat. De film werd onder andere geselecteerd voor de NFF Studentencompetitie 2025, maar is dat wel wat Zefnad voor ogen had? Ben je tevreden met de resultaten van je film? “Ik ben zeker tevreden met de resultaten. Ik had zelf een tijdje de film niet gezien, want ik ging op vakantie naar de Molukken toe. Tijdens het maakproces raak je echt in een tunnelvisie en wil je de film liever nooit meer zien. Toen ik weer terug kwam dacht ik gelijk van: ‘oh hij is eigenlijk best leuk!’. Dat is als kritische maker natuurlijk super fijn, daar was ik erg blij mee. Ik ben afgestudeerd met een animatiefilm die blijkbaar bij veel mensen goed in de smaak valt. Daar ben ik echt blij mee. Wat ik wel moeilijk vind om te omarmen zijn de festivals. Mijn film is binnenkort te zien bij drie verschillende festivals, het NFF, de HKU Awards, en Kaboom. Ik merk dat ik het best moeilijk vind om het publiek te omarmen.” Wat bedoel je daarmee? “Ik heb de film gemaakt voor mijn familie. Door de festivals breidt het publiek zich ook uit. Duizenden mensen gaan mijn film zien, en daar zitten dan ook genoeg mensen bij die er niks van gaan snappen of het anders gaan interpreteren. En dat vind ik als filmmaker best moeilijk om te accepteren.” Wat wil jij dan dat mensen gaan voelen bij het zien van jouw film, en in hoeverre verschilt dat met de publieke opinie? “Goede vraag. Ik zal je daar wat context voor moeten geven. Mijn motivatie achter de film is het overlijden van mijn twee ooms. Daar zat ongeveer zes maanden tussen, en dat heeft veel impact op mij gemaakt. We hebben een Molukse familie, en familie speelt een grote rol in ons dagelijks leven. Mijn Opa kwam naar Nederland met het idee dat hij hier zo’n 3 maanden zou verblijven. Hij verbleef destijds in woonoord Vosseveld in Winterswijk. Ik heb een grote familie, een hele grote familie. Ik heb in totaal dertien ooms en tantes. Op mijn familiedag komen er vaak zo’n 130 mensen, maar dat is dan wel met alle toeters en bellen erbij. Van mijn ooms en tantes zijn er in totaal tien die de aarde nog belopen. Dus je kan je voorstellen dat het verlies van mijn ooms veel impact heeft gemaakt op mij en mijn familie. Dat zorgde ervoor dat ik een beetje vast zat in mijn emoties. De rouw daarachter was de bron voor het maken van mijn film. Rouwverwerking werkt in mijn familie best raar. Het is vooral de bedoeling dat je zoveel mogelijk bij elkaar bent, verder heerst er een beetje een zwijgcultuur. De emotie die je daarvan terug ziet in het eindproduct van de film terugziet is verlatingsangst, en het overnemen van de verantwoordelijkheid van generatie naar generatie. Ik heb de film ook een beetje gemaakt om mijn familie dat te laten zien. En dat gevoel is moeilijk over te nemen als je niet weet waar het vandaan komt.” Staat de levenscyclus van de dahlia bloem in de film ook symbool voor die overdracht tussen generaties? “Ja absoluut! Het mooie aan de dahlia bloem is dat de zaden van de bloem opgroeien tot allemaal verschillende bloemen. Dus laten we zeggen dat een dahlia bloem 100 zaden nalaat, dan zullen daar ook 100 verschillende bloemen uitkomen. Dat hielp mij met het verwerken van mijn verlatingsangst. Je kunt kijken naar het einde van iemands leven, daar heel verdrietig voor zijn en denken dat dat het einde is. Maar het leven eindigt niet bij de dood, mijn ooms hebben mij wat meegegeven en zolang ik dat koester leven zij voort, denk ik dan graag. Die levenscyclus blijft doorgaan.” Dan nog even over jouw reis naar de Molukken, hoe was dat? “Toen ik na het maakproces met mijn familie naar de Molukken vloog leek het net alsof alle puzzelstukjes op zijn plek vielen, en dat de hele film een voorbereiding was voor die reis en de ervaringen die ik daar heb meegemaakt. Het was erg fijn, maar ik hield er wel een dubbel gevoel aan over. Ik vrees dat ik je weer wat context moet gaan geven, haha. Het is best lastig om, sorry als ik het verkeerd zeg, als je dubbel bloed draagt (half-Molukse, half Nederlands) voel je je nooit ergens helemaal thuis. Ik heb altijd in een soort middenkloof gezeten, dus niet al mijn kruisjes werden altijd aangekruist. Toen ik voor het eerst in de Molukken kwam werden de kruisjes opeens wel aangekruist! Het eten was lekkerder, het weer beter, en het voelde gewoon goed. Wat mij wel opeens opviel is dat de kruisjes die altijd wel zijn aangekruist opeens wegvielen. Dus je voelt je thuis op plekken waar je je nooit thuis hebt gevoeld maar tegelijkertijd mis je ook weer het gevoel van thuis wat je altijd al hebt gehad. Ik kan het gevoel het beste omschrijven alsof je een soort van gescheiden ouders in je lichaam hebt.” |
Zefnad verwerkt rouw door maken film: “Dat gevoel is moeilijk over te nemen als je niet weet waar het vandaan komt”
Related Posts
Mijn eerste reactie was ‘’Ik heb echt geen zin in dat ziekenhuis’’. Ingrid Boelens over haar kanker diagnose.
Toen Ingrid Boelens op 56-jarige leeftijd de diagnose borstkanker kreeg, dacht ze maar één ding: “Ik heb echt geen zin in dat ziekenhuis.” Wat volgde, was een periode die niet…
‘’Ik ben geen open boek, die zomaar aan iedereen mijn adoptieverhaal vertelt’’ – Lin Ganzevles (18)
In 2030 stopt Nederland met internationale adopties. Maar hoe zit het met de geadopteerde zelf? Hoe is het om geadopteerd te zijn? Als klein meisje is Lin te vondeling gelegd.…