Wetlands: de groene longen van Londen laten zien hoe de stad haar biodiversiteit koestert
In de grootste metropool van West-Europa is het druk. Londen, één van de grootste stedelijke gebieden van Europa, bruist van mensen, verkeer en activiteiten. Toch kent de stad ook plekken van rust. In die chaotische, grijze jungle zorgen wetlands – drassige, groene natuurgebieden aan de stadsrand en langs de Theems – voor unieke biodiversiteit en natuurlijke omgevingen.
Ik sta op de stoep voor het park. Het bord waarop het wetland staat aangegeven is bedekt met overwoekerende planten. Naast het bord ligt een smal kiezelpad. Waar het naartoe leidt, is onbekend. Door de hoge graspollen, struiken en bomen zie ik niet waar ik heen loop. Ik volg het pad naar – ik hoop – de ingang. Voor mijn neus steekt een eekhoorn snel over naar de andere kant van het pad. Alvast een kleine glimp van wat dit park me te bieden heeft. Om de vijf minuten vliegt er laag een vliegtuig voorbij. In de verte zie ik de gebouwen van Hammersmith, een zakelijke wijk in Londen met een karakteristieke riverside-sfeer. Ik ben omringd door het bruisende leven van de stad. Terwijl ik het geritsel van de rennende eekhoorn nog hoor, valt mijn oog op het bezoekersgebouw in de verte: een grote scouting hut, bedekt met goudgele stenen en grote houten balken, omringd door mossige grond en kleine meertjes. Voordat ik het gebouw kan betreden, moet ik eerst over een schuimmat lopen, zodat ik de bacteriën van de stad niet overdraag aan de vogels. Bij de receptie wacht ik op Callum. Hij werkt nu drie jaar bij WWT, London Wetland Centre.
Het groene hart van Londen
Sinds 2019 is Londen een National Park City. Een stad krijgt deze titel wanneer zij zich actief inzet om groener en natuurvriendelijker te worden. Met ruim 14.000 geregistreerde planten, dieren en schimmels is bijna de helft van Londen bedekt met groen. Hierdoor is de biodiversiteit in de stad uitstekend, wat goed is voor zowel de stad zelf als haar bewoners.
Een van de manieren waarop hieraan wordt bijgedragen, is het behoud van wetlands in de stad. Wetlands zijn gebieden die grotendeels onder water staan. Hierdoor is de bodem voortdurend verzadigd met water en bevat ze weinig zuurstof. In Londen zijn vier wetlands officieel geregistreerd. Daarnaast zijn er nog meerdere natuurlijke wetlands, die zich vormen zich in laaggelegen gebieden langs rivieren en beken. Met meer dan 9 miljoen inwoners en een oppervlakte van 1.572 vierkante kilometer is het uniek dat een dichtbevolkte stad als Londen ruimte biedt aan wetlands.
Cutting en coppicing
Callum komt naar me toe gehold en stelt zich aan me voor. Zijn donkerblauwe polo en zwarte werkbroek zitten onder het gruis van de graspollen, en de haren op zijn hoofd kleven vast van het zweet. Vanochtend heeft hij een aantal graspollen in het park tot op de grond afgesneden, zodat ze niet overwoekeren en er een open ruimte ontstaat (cutting). Sommige vogels, zoals eenden en ganzen hebben baat bij zulke open plekken om te rusten en naar voedsel te zoeken. Callum en zijn collega’s voeren dit werk het hele jaar uit. Ook bomen worden het hele jaar door op de ene plek verwijderd en elders opnieuw geplant (coppicing). Door cutting en coppicing bevorderen Callum en zijn collega’s de biodiversiteit en krijgt elke diersoort een habitat waarin het zich thuis voelt. Daarnaast stimuleert dit ook nieuwe plantengroei en vergroot het de diversiteit in vegetatie.

Wetlands als levende filters
Het is niet voor niets dat een dichtbevolkte stad als Londen ruimte vrijhoudt voor meerdere wetlands. Deze gebieden dragen niet alleen bij aan de biodiversiteit, ze vervullen ook belangrijke ecologische functies. Zo absorberen wetlands overtollig water, wat helpt bij overstromingspreventie. Planten aan de oevers nemen het overtollige water op en geven dat water in droge periodes weer af.
Daarnaast dragen wetlands bij aan waterzuivering en de opslag van koolstofdioxide. Door het zuurstofarme milieu van de wetlands ontstaan specifieke bodemprocessen die zorgen voor vruchtbare grond voor micro-organismen en planten. Wortelsystemen van planten, zoals riet, nemen voedingsstoffen op en halen vervuilende stoffen uit het water. Rondom de wortels leven bacteriën die weinig tot geen zuurstof nodig hebben; zij breken afvalstoffen zoals stikstof en fosfaat op natuurlijke wijze af en slaan koolstof op. Naast hun ecologische functie zijn wetlands ook goed voor de mentale gezondheid van mensen. Door al het groen en de schone lucht voelen mensen zich beter en ervaren ze ontspanning en rust.
Verbonden met de natuur
We lopen door de deur van de receptie naar buiten en stappen het park in. Twee wandelroutes slingeren door het gebied, beide cirkels die elk de helft van het park laten zijn. Het park zelf voelt aan als een doolhof: wild uitziende struiken en hoge grassen vormen kronkelige paden. Deze wirwar aan flora strekt zich uit over een oppervlakte ter grootte van 60 voetbalvelden.
De receptie ligt nog maar net achter ons of Callum vertelt al enthousiast over de planten en dieren die we tegenkomen. Om ons heen lachten en rennen kinderen; vandaag zijn er twee schoolklassen op bezoek. Het park heeft een diverse vegetatie: hoge en lage graspollen, bloemen in allerlei kleuren en vormen, struiken en bomen. Ze vormen een dynamisch landschap.
Al snel stuitten we op één van de twee aangelegde voederplaatsen. Callum legt uit dat deze voederplaats niet zozeer nodig is, maar bedoeld is om bezoekers vogels van dichtbij te laten zien. ‘’Zodra ze een beeld erbij hebben, voelen ze zich meer verbonden en begrijpen ze het ook beter,’’ legt hij uit. Er komen daarom ook regelmatig schoolklassen op bezoek in het wetland. Mensen zijn nog onbekend met hoe ecosystemen functioneren en waarom ze belangrijk zijn. Door de dieren te zien, voelen bezoekers een verbinding met de natuur. Zo ontdekken ze hoe belangrijk biodiversiteit is en groeit het duurzaamheidsbewustzijn.

Verlaten reservoirs
Vroeger zag deze plek er heel anders uit. Voordat het in 1996 werd omgebouwd tot wetland, bestond het uit een kaal landschap van vier verlaten reservoirs. Het gebied lag er troosteloos bij; er was geen struik of boom te bekennen.
Toch hadden de verlaten reservoirs twee bewoners: de krakeend en de slobeend nestelden zich in deze wateren. Om deze dieren niet hun leefgebied af te nemen, besloot oprichter Sir Peter Scott in samenwerking met de Wildfowl & Wetlands Trust deze plek nieuw leven in te blazen. Hiermee was de keuze voor het bouwen van een wetland, in plaats van een ander soort natuurproject, snel gemaakt. De sombere waterputten werden omgebouwd tot meren en het open terrein veranderde langzaam in een levendige vlakte.
Langs de Theems
Net als de wetlands bevat de rivier de Theems diverse ecosystemen. De Theems stroomt dicht bij het London Wetland Centre en vertoont hier een rauw landschap. Want, anders dan hoe het water onder de Tower Bridge of langs de Big Ben tussen kades en hoge gebouwen zijn weg vervolgt, is de rivier hier omringd door bomen en planten, met een modderige oever.

Het London Wetland Centre maakt gebruik van de Theems door middel van verschillende sluizen die open en dicht kunnen, waarmee ze het waterpeil reguleren. We komen aan bij een van de plekken in het park waar dit gebeurt: een kale, moerassige plek met een groot eiland, bezaaid met verschillende planten. Callum vertelt dat het water in de zomer laag staat voor de broedperiode en voor sommige vogels die meer land nodig hebben. In de winter staat het water juist hoog, wat goed is voor de eenden en het land modderig maakt, waardoor andere vogelsoorten worden aangetrokken.
Hij wijst naar een specifieke plantengroep. ‘’Zie je die hoge, donkere struiken? Die maken het water nog schoner dan wij het hebben gepompt’’, zegt hij trots. Callum legt uit dat hoe meer van dit soort plekken er in het park zijn, hoe beter ze de rivier helpen schoon te houden. Op die manier draagt het park ook bij aan het behoud van de natuur buiten de grenzen van het park.
Vogels, egels en libellen
Het is moeilijk precies te zeggen hoeveel diersoorten, en dan vooral vogels, elk jaar in het park voorkomen. Dat komt door de jaarlijkse migratie vanuit Canada, Groenland en de Scandinavische eilanden. Vogels uit deze landen brengen de winter in Londen door en keren wanneer het weer warmer wordt terug naar hun broedgebieden. Hierdoor zie je in het park soms bijzondere vogels die je anders nooit in Londen zou tegenkomen, zoals de lepelaar, herkenbaar aan zijn lepelvormige bek waarmee hij vissen en insecten vangt.
Naast vogels leven er ook verschillende reptielen, zoals oostelijke ringslangen die vaak te vinden zijn bij oevers van meren tussen het riet, hagedissen die op open plekken liggen te zonnen, hazelwormen die vochtige plekjes opzoeken, en kikkers die brullen door het park. Ook leven er veel vossen die snuffelen door het gras, terwijl eekhoorns in de bomen klimmen en egels zich verschuilen tussen de struiken. Woelratten graven ondergrondse tunnels en vleermuizen bewaken de nacht. Daarnaast leven er meer dan 27 verschillende libellensoorten die over het wateroppervlak scheren en de zon op zoeken.

Callum houdt sinds hij hier drie jaar geleden is komen werken bij welke nieuwe diersoorten zich laten zien. De lijst bevat inmiddels 132 verschillende soorten. De meeste ochtend ziet of hoort hij soms 30 tot 35 verschillende soorten tegelijk.
Bijna al deze dieren worden maandelijks geteld om zo de verschillende soorten als hun aantallen bij te houden. Het bijhouden van deze trends is belangrijk voor het park zelf, maar de gegevens worden soms ook gedeeld met andere natuurorganisaties binnen Londen. Door middel van de tellingen kan worden onderzocht hoe dieren zich voortplanten in de stad en of bepaalde aanpassingen aan habitats effect hebben.
Kijkhutten in het park
Het park bevat meerdere kijkhutten, huisjes verspreid over het park waar mensen de dieren van dichtbij kunnen observeren. De kijkhutten bieden een uitzicht over het landschap van het wetland en laten tegelijk duidelijk het contrast zien tussen natuur en stad. Samen met Callum sta ik in één van deze hutten, kijkend naar de volgroeide vegetatie. Callum wijst een gebouw aan en vertelt dat dat het Charing Cross Hospital ziekenhuis is. De vogels woelen met hun snavels in de modder, terwijl verderop twee koeien rustig in het gras staan te grazen: de natuurlijke grasmaaiers van het wetland. Er vliegt weer een vliegtuig over ons heen. Ik kijk Callum aan en vraag aan hem of de vliegtuigen soms overlast veroorzaken. Hij kijkt me eerst vragend aan, maar begrijpt dan wat ik bedoel. In tegenstelling tot mijzelf merkt Callum de vliegtuigen allang niet meer op. ‘’De vogels zijn er aan gewend geraakt’’, zegt hij. ‘’Juist dat maakt dit centrum zo bijzonder: de balans tussen natuur en stad.’’
