Lotte Wentzel is hoogbegaafd, dit weet ze sinds vorig jaar juni. Dit had ze alleen veel eerder willen weten. Sinds ze weet dat ze hoogbegaafd is, kan ze zichzelf veel beter begrijpen en kan ze leren omgaan met haar hoogbegaafdheid. Want het lijkt heel fijn om zo slim te zijn, maar het brengt nog veel meer met zich mee. Maar het überhaupt weten dat je hoogbegaafd bent, is al een hele grote stap.
Hoe en wanneer kwam jij erachter dat je hoogbegaafd bent?
‘‘Ik heb pas zekerheid sinds vorig jaar juni. Ik ging een poosje naar een psycholoog en zij is zelf hoogbegaafd en heel veel van mijn problemen die wij bespraken zouden volgens haar kunnen komen door hoogbegaafdheid. Ook een docent van mij op de middelbare school zei dat ik hoogbegaafd zou zijn en zij vertelde mij over een vrouw die hoogbegaafdheid test. Dus eigenlijk ben ik er door andere mensen achter gekomen en ben ik een test gaan doen bij die vrouw. Toen kwam er dus inderdaad uit dat ik hoogbegaafd ben en dat was wel een fijne bevestiging voor mezelf om te weten.’’
Wat is er allemaal belemmerend aan hoogbegaafd zijn?
‘‘Ik kan veel meer prikkels tegelijk opnemen dan gemiddeld dus ik raak ook heel snel overprikkeld en over emotioneel want alles komt gewoon heftiger binnen. Mijn verwerkingssnelheid is veel hoger dan gemiddeld. Dan kan ik soms niet zo goed naar mensen luisteren, omdat ik hun zinnen al voor hen afmaak. Ik zit ook heel vaak in een soort van hyperfocus, dat ik echt heel geconcentreerd ben en vergeet wat er om me heen gebeurt. Ik kan daar alleen ook heel snel uitraken en wanneer ik daar uit ben, kom ik er heel slecht weer in en kan ik me vaak helemaal niet meer concentreren.
Die vrouw die mijn hoogbegaafdheid testte noemde mij een formule 1 auto maar zonder rijbewijs, omdat mijn hoofd zo super snel gaat maar ik wel steeds uit de bocht vlieg. Ik heb niet de controle over mijn hoofd.’’
Ben je er onzeker over dat je hoogbegaafd bent?
‘’Ik ben er niet onzeker over maar ik ben wel onzeker dóórdat ik hoogbegaafd ben. Ik leg voor alles de lat heel erg hoog en alles moet perfect gaan. Als er dan iets mis gaat voel ik mij volledig gefaald, daar kan ik echt heel slecht tegen.’’
Wat is verbeterd sinds je het weet?
‘‘Ik ben nog steeds altijd heel zenuwachtig voor bijvoorbeeld toetsen of presentaties maar ik kan me er achteraf veel beter overheen zetten als er iets niet helemaal perfect is gegaan. Ik kon me eerder namelijk helemaal gek maken als ik iets verkeerds had gezegd, dan kon ik echt veel te ver doordenken.
Ik kan het nu ook herkennen als ik te ver door aan het denken ben en dan kan ik mezelf even terugroepen. Ik ben altijd best wel trots op mezelf als ik mezelf terughaal. Ik ben blij dat ik dat nu kan.’’
Wat zouden onderwijsinstellingen of werkplekken kunnen doen om hoogbegaafden te ondersteunen?
‘‘In ieder geval dat basisscholen en middelbare scholen extra uitdaging aanbieden. Dat hoeft niet eens voor hoogbegaafden te zijn maar gewoon voor alle kinderen die de lesstof te makkelijk vinden en meer uitdaging willen. Op mijn school Christelijk college Groevenbeek hebben ze ‘up’, dan krijg je allemaal extra uitdaging opdrachten en kan je bijvoorbeeld uit de les als je liever zelf wilt leren in plaats van in de klas waar je afgeleid of overprikkeld wordt. Je hoeft ook niet naar de lessen die niet nodig zijn voor jezelf. Gewoon voor jezelf werken in zo’n stil lokaal en af en toe een extra uitdaging krijgen zoals een moeilijke puzzel, vind ik een goed initiatief en als meer scholen dat zouden doen, zouden veel kinderen aan hun behoeften komen.’’
Heeft jouw hoogbegaafdheid al een keer geleid tot nieuwe ideeën of vooruitgang in een bepaald gebied?
‘‘Nog niet, maar ik ga binnenkort meer uitdaging krijgen op mijn werk. Dan krijg ik nieuwe dingen om te leren en moet ik een eindplan maken voor een student die bij ons werkt. Dit heeft iemand van werk bedacht, zij weet dat ik hoogbegaafd ben en zij denkt dat ik een groot verschil kan maken met nieuwe ideeën. Dus ik ben benieuwd.’’
Lotte Wentzel, bron: Fleur Ernsten