LICHTENVOORDE – Meer vrouwen hebben vorig jaar hun zwangerschap laten beëindigen dan een jaar eerder. Het aantal abortussen nam met bijna 15 procent toe tot 35.606 in totaal, meldt de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) in een jaarlijkse rapportage.
De toename was ongeveer gelijk in alle leeftijdsgroepen. Onder tieners nam het aantal zwangerschapsafbrekingen iets minder toe, maar nog altijd met 13 procent. In 2020 en 2021 daalde het aantal abortussen juist licht.
De IGJ heeft geen duidelijke verklaring voor de toename van het aantal abortussen. Klinieken en ziekenhuizen moeten de cijfers aanleveren bij de inspectie, maar die heeft vanwege privacyregels geen mogelijkheden om ze verder te analyseren. Dat is in de wet zo geregeld, omdat het niet de bedoeling is dat abortussen herleid kunnen worden tot personen.
Vrouwen in de leeftijdscategorie van 30 tot 35 jaar laten het vaakst een zwangerschap afbreken, gevolgd door vrouwen tussen de 25 en 30 jaar.
Ineke van der Vlugt, programmamanager Anticonceptie & Abortus over redenen voor het plegen van abortus vertelt: “Het kan te maken hebben met een relatie die je hebt die niet stabiel is, of een waar geen toekomst in zit. Dat kan gaan omdat je zelf niet lekker in je vel zit dat je zelf al aanvoelt dat dit niet het moment is om nu een kind op te voeden. Je kan een kind niet de aandacht en liefde geven die het nodig heeft. Ook kunnen dat redenen zijn van huisvesting of meer emotioneel; je bent er echt niet aan toe.”