20 mei 2024

Telefoon in de klas, asociaal of niet?

Door Hidde Korte nov4,2023

‘Ruim allemaal nog even de telefoon op!’. Gauw worden de laatste telefoons, volgens afspraak, opgeborgen. Kort hiervoor heeft de bel gezoemd en druppelden de leerlingen een voor een binnen, een klaslokaal op praktijkonderwijs Het Erasmus in Almelo. Een drukte van jewelste, een aantal leerlingen valt namelijk op dat er briefjes hangen met ‘niet belangrijk, een beetje belangrijk en heel belangrijk’.  Voorin de klas hangt de telefoontas en op het bureau staat een telefoonbak.

‘Waarvoor zijn die briefjes meneer?’, vraagt een van de leerlingen. Ruben Morsink, docent van het vak ‘media’, houdt zich van de domme. Deze les staat in het teken van omgangsvormen op sociale media. ‘De vorige les hebben we het gehad over de schermtijd van jullie op een dag, wie heeft dit nog een keer bekeken?’, zo vraagt Ruben. Meteen schieten er een aantal vingers de lucht en wordt er verteld; ‘Ik lag een keer in bed en keek niet naar de tijd en ineens was het 6 uur in de ochtend’, is een antwoord van Ties.*.

Steeds vaker is het te zien dan 10 jaar geleden; telefoontjes in de schoolklassen. Veelal wordt er gepraat over de negatieve ervaringen hiervan. Online wordt er gepest, kinderen worden ten onrechte, vaak anoniem, zwartgemaakt en er circuleren filmpjes en foto’s van de kwetsbare doelgroep. In Frankrijk werd er vorig jaar zelfs een totaal mobielverbod op scholen ingevoerd, in Nederland zijn deze geluiden ook steeds vaker hoorbaar. Per 1 januari is het zelfs verboden om een telefoontje mee te nemen in het klaslokaal. Hieronder vallen ook de smartwatches.

Ruben Morsink is naast docent van het vak ook degene die het vak heeft ontwikkeld; ‘Eerst zagen we de telefoontjes als een probleem en voerden we een algeheel verbod in, dit bleek te streng te zijn’. Wat de gevolgen hiervan waren? ‘Op een gegeven moment was het niet meer houdbaar, de sancties werkten niet meer en we moesten de verantwoordelijkheid dragen over toestellen van soms wel duizend euro.’. Tegenwoordig zijn de regels minder streng, maar zijn de telefoontjes niet welkom in de les; ‘Aan het begin worden de telefoontjes opgeborgen. Het is een stukje bewustwording als ze niet mogen zo snel mogelijk mogen kijken bij een melding’. De ontwikkeling van dit vak was erg belangrijk en blijft continu doorgaan; ‘We zien dat met het huidige gebruik van de mobieltjes het pedagogische klimaat verslechterd, pesten wordt (online) heviger, vanwege de anonimiteit’. Morsink heeft bovendien een eigen lesmethode ontwikkeld en zal dit ook blijven doen; ‘De inhoud is onderhevig aan de actualiteit en dus constant in beweging. TikTok en Snapchat zijn nu razend populair, maar kunnen volgend jaar weer uit de mode zijn’.

Uit onderzoek van het HBSC, HBSC** is een onderzoek van Universiteit Utrecht, Trimbos en Sociaal Cultureel Planbureau, blijkt dat maar liefst 35 procent van de kinderen op de middelbare school intensief contact heeft gedurende de dag via sociale media. Intensief contact houdt in dat ze bijna de hele dag contact hebben. Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat bijna de helft van de scholieren sociale media gebruikt om niet aan vervelende dingen te hoeven denken. Hier is een behoorlijk verschil te zien bij jongens en meisjes, bij jongens is dit percentage namelijk 35,7 en bij meisjes is dit meer dan de helft. Ook opvallend is dat bijna de helft van de scholieren, vaak minder tijd besteedt aan huiswerk door sociale media. Ook hier ligt dit percentage bij meisjes nog hoger, namelijk 46,3. Als laatste is het verschil in schoolniveau duidelijk zichtbaar. Zo heeft 42,5 procent van VMBO-basis de hele dag contact via sociale media tegenover 28,9 procent van leerlingen op het VWO.

Merel*: ‘Het is wel een leuk vak, omdat sommige dingen wel leuk zijn. We doen leuke opdrachten en leren op die manier nieuwe dingen over media’. De leerlingen zijn dus erg enthousiast over het vak. De opdrachten worden op een interactieve manier aangeboden, waardoor de leerlingen zo kennis krijgen over de moderne en digitale wereld. Ruben ziet een aantal erg positieve ervaringen; ‘Veel leerlingen kijken bij het einde van de les alweer uit naar de volgende les’. Hoe dit komt?: ‘Deze lessen sluiten naadloos aan bij de belevingswereld van deze doelgroep, ik mag iets geven wat zij leuk en interessant vinden’.

Intussen wordt er in het lokaal wel degelijk gebruik gemaakt van digitale hulpmiddelen. Echter is het niet de telefoon, maar de laptop die wordt gebruikt. Voorin de klas staat, naast de telefoonzak en telefoonbak een grote laptopkar. De laptops worden opengeklapt en er wordt ingelogd om de opdrachten te maken. Er zijn een aantal dilemma’s wat je zou doen als je een situatie online tegenkomt, de leerlingen moeten hun eigen keuze maken hoe ze hier op reageren. Daar waar er in het begin van de les door de klas heen werd gelopen voor de opdracht, wordt er nu digitaal door de opdracht heengelopen. Al blijven de geluiden nog wisselend vanuit de collega’s van Ruben: ‘Nog steeds zien collega’s het als veredelde ICT-les’.

*Alle namen van de kinderen in de reportage zijn gefingeerd

**Onderzoek in opdracht van Nederlands Jeugd Instituut

Related Post

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *