Rijksoverheid is begonnen aan een nieuwe regelgeving over zwerfafval. Vanaf begin 2023 worden bedrijven van onder andere ballonnen, tabaksproducten en plastic tasjes, belast met het meebetalen van de opruiming van zwerfafval. Deze regelgeving was er ook al voor producenten van het normale afval, maar nu zijn dus ook deze producenten aan de beurt.
Deze nieuwe regelgeving is onderdeel van de SUP-wetgeving, een wetgeving die officieel vorig jaar al is ingegaan. Het doel van deze SUP-wetgeving was het verminderen van wegwerpplastics zoals ballonnen, maaltijdverpakkingen, drankverpakkingen, rietjes en bestek. De richtlijn is ingericht om het aantal kilo’s plastic in de zee te verminderen. Producenten van bovengenoemde producten worden nu verplicht om mee te betalen aan kosten die gemaakt worden bij het opruimen van het zwerfafval.
Jan van Betten, oprichter van Nudge, een organisatie die bezig is met het creëren van ene blijvende gedragsverandering bij mensen als het gaat om klimaat en milieu, denkt niet dat dit het gedrag van mensen zal veranderen: “Door deze regelveranderingen ga je wel effecten zien. Je gaat bijvoorbeeld zien dat de rotzooi op straat wel wat af gaat nemen. Maar om echt mensen te triggeren om hun gedrag te veranderen, heb je wel meer nodig dan alleen wetten voor bedrijven waar de mensen persoonlijk niet veel mee hebben.”
Vooral de manier waarop deze regelgeving ontstaan is, is onvoldoende volgens van Betten: “ Ik denk dat de gemiddelde burger niet zoveel door gaat hebben van deze regelgeving. Voor bedrijven is dit zeker nodig, anders gaan de bedrijven gewoon verder met waar ze mee bezig waren.”
Peter Smith, directeur van KLEAN, een organisatie die kunstwerken maakt met zwerfafval, ziet de oplossing van zwerfafval in een andere hoek: “Ik zou eigenlijk meer toe willen naar een regeling, waarin als je grondstoffen inkoopt, dat je in principe eigenaar van die grondstoffen bent, en dat je ten aller tijden eigenaar bent en blijft van die grondstoffen. Je moet dan er alles aan doen om te zorgen dat je die grondstoffen weer terugkrijgt, nadat het gebruikt is.”
Smith is wel blij met de regelgeving, maar ziet dit niet als het einde: “Dit is een klein stapje daar naartoe, maar niet met een visie.”